Vragenlijst lichamelijke activiteiten Jeugd Naam 1. WOON - SCHOOL VERKEER (Heen en terug) Lopen van/naar school A. aantal dagen per week B. gemiddelde tijd per dag uur en minuten. C. temponvtrustiggemiddeldstevig Fietsen van/naar school A. aantal dagen per week B. gemiddelde tijd per dag uur en minuten. C. temponvtrustiggemiddeldstevig Openbaar vervoer, auto of scooter van/naar school. A. aantal dagen per week B. gemiddelde tijd per dag uur en minuten. 2. LICHAMELIJKE ACTIVITEITEN OP SCHOOL NB wandelen tijdens de pauze wordt in onderdeel vrije tijd gevraagd Licht inspannende activiteit. Denk bv. aan: het volgen van lessen, afwisselend staand en zittend werk, schrijven, van klas wisselen, koffie zetten. A. aantal dagen per week B. gemiddelde tijd per dag uur en minuten. Gemiddeld inspannende activiteit. Denk bv. aan: traplopen, lichte voorwerpen dragen, gymles, schoonmaken, krantenwijk lopen. A. aantal dagen per week B. gemiddelde tijd per dag uur en minuten. Zwaar inspannende activiteit. Denk bv. aan: lopend werk of traplopen waarbij regelmatig zware dingen moeten worden getild, zware schooltas dragen. A. aantal dagen per week B. gemiddelde tijd per dag uur en minuten. 3. HUISHOUDELIJKE ACTIVITEITEN (In en om het huis) Licht inspannende huishoudelijke activiteit. Denk bv. aan: koken, afwassen, bed opmaken, kamer opruimen. A. aantal dagen per week B. gemiddelde tijd per dag uur en minuten. Gemiddeld inspannende huishoudelijke activiteit. Denk bv. aan: stofzuigen, boodschappen doen, dweilen / vegen, tapijt uitkloppen. A. aantal dagen per week B. gemiddelde tijd per dag uur en minuten. Zwaar inspannende huishoudelijke activiteit. Denk bv. aan: met zware boodschappen lopen, meubels verplaatsen. A. aantal dagen per week B. gemiddelde tijd per dag uur en minuten. 4a. VRIJE TIJD NB woon-school verkeer NIET DUBBEL invullen. Actieve sporten invullen bij onderdeel 5. Wandelen: Denk bv. aan: het lopen naar de sportclub, supermarkt, bioscoop of wandelen tijdens (lunch)pauze, hond uitlaten. A. aantal dagen per week B. gemiddelde tijd per dag uur en minuten. C. temponvtrustiggemiddeldstevig Fietsen: Denk bv. aan het fietsen naar de sportclub, supermarkt of bioscoop. A. aantal dagen per week B. gemiddelde tijd per dag uur en minuten. C. temponvtrustiggemiddeldstevig Tuinieren / klussen: Denk bv. aan: graven, snoeien, het gras maaien (niet elektrisch), muren schilderen, timmeren, zagen. A. aantal dagen per week B. gemiddelde tijd per dag uur en minuten. C. temponvtrustiggemiddeldstevig 4b. VRIJE TIJD Zittende activiteiten TV kijken A. aantal dagen per week B. gemiddelde tijd per dag uur en minuten. Computeren: Denk bv. aan: thuis internetten, een smartphone of tablet gebruiken, gamen (games waarbij je moet bewegen niet meetellen) A. aantal dagen per week B. gemiddelde tijd per dag uur en minuten. Lezen A. aantal dagen per week B. gemiddelde tijd per dag uur en minuten. Andere zittende activiteiten: Denk bv. aan: bij vrienden zitten praten, bordspelen, in de auto zitten. A. aantal dagen per week B. gemiddelde tijd per dag uur en minuten. 5. ACTIEVE SPORTEN (maximaal 3 sporten opschrijven, begin met de actiefste sport) Denk bv. aan: (straat)voetbal, aerobics, dansen, fitness en zwemmen. Sport 1: A. aantal dagen per week B. gemiddelde tijd per dag uur en minuten. C. temponvtrustiggemiddeldstevig Sport 2: A. aantal dagen per week B. gemiddelde tijd per dag uur en minuten. C. temponvtrustiggemiddeldstevig Sport 3: A. aantal dagen per week B. gemiddelde tijd per dag uur en minuten. C. temponvtrustiggemiddeldstevig Δ